Illustratie Gudrun evoluties

Wat we weten over kanker

Evoluties in de kankerzorg

Delen

Meten is weten. Daarom verzamelt de Stichting Kankerregister gegevens over alle kankerdiagnoses in België en de follow-up ervan. Zo brengt de organisatie de aard en de omvang van kanker in België in kaart. Directeur dokter Liesbet Van Eycken overloopt de belangrijkste tendensen.

Kanker komt steeds vaker voor.

In 2004 telden we 58.440 nieuwe diagnoses, in 2019 waren dat er 72.042 en tegen 2025 zouden het er 77.862 zijn, nog eens bijna 10 procent meer. Vandaag krijgt één op de vier vrouwen kanker in de loop van haar leven. Bij mannen is dat één op de drie. Mannen krijgen vooral prostaat-, long- en dikkedarmkanker, vrouwen borst-, dikkedarm- en longkanker. 

Dat meer mensen kanker krijgen is op zich logisch.

Er zijn steeds meer Belgen, en ze worden ouder. Meer jaren op de teller  betekent meer risico op kanker. Daarnaast zorgen verfijnde diagnosetechnieken en actieve opsporing, zoals de bevolkingsonderzoeken voor borst-, darm- en baarmoederhalskanker, ervoor dat meer tumoren vroegtijdig ontdekt worden.

Toch zijn er ook tumoren waarvoor het risico groeit.

Zo worden elk jaar 5 procent meer melanomen gevonden en komen ook pancreas-, lever-, schildklier- en teelbalkanker steeds vaker voor. Bij vrouwen neemt het aantal gevallen van longkanker nog jaarlijks met 3,4 procent toe, doordat ze later zijn beginnen te roken dan mannen. De toename van het aantal melanomen kan aan ons zongedrag liggen, maar voor de andere kankers weten we niet precies wat de oorzaak is.

De kans op genezing gaat erop vooruit.

Deels omdat tumoren steeds vaker vroeg worden ontdekt door betere diagnostiek en screening. Deels omdat ook de behandelingen doelgerichter en meer patiëntgericht zijn geworden. Met dank aan het onderzoekswerk dat mede door Kom op tegen Kanker mogelijk gemaakt wordt. Bij longkanker, bijvoorbeeld, is de relatieve vijfjaarsoverleving – ‘relatief’ omdat de cijfers vergeleken worden met de normale levensverwachting naar leeftijd en geslacht – gestegen van 16 procent tussen 2004 en 2008 naar 23 procent tussen 2014 en 2018.

Steeds meer mensen leven met kanker.

Door de betere behandeling en ondersteuning wordt kanker voor veel mensen een chronische ziekte. Maar we mogen niet vergeten dat er ook nog altijd patiënten zijn voor wie het slecht afloopt. En het is ook zo dat je meer kans loopt om een tweede  tumor te krijgen als je eenmaal kanker hebt gehad. Gevolg: die groep mensen moet goed opgevolgd worden.

Er is meer aandacht voor de levenskwaliteit van mensen met kanker. 

Mede door de grotere overleving hebben patiënten een stem gekregen. Ze gaan meer dan vroeger in dialoog met hun zorgteam en laten van zich horen via lotgenotengroepen en organisaties als Kom op tegen Kanker.

Een glazen bol heeft de Stichting Kankerregister niet.

Maar voor kankers waar de overlevingscijfers al heel goed zijn, zoals melanoom, wordt het steeds moeilijker om nog progressie te maken. De grootste winst valt misschien wel te boeken op het vlak van preventie. Want vermijden, dat blijft opdracht nummer één.

Illustratie Gudrun evoluties

© Gudrun Makelberge

Thema's: Informatie