Cytotoxische T cellen als dragers voor de tumor-gerichte aflevering van nanomedicijnen.

Biomedisch
Promotors:
Project Partners:
Ugent
Budget uitgereikt door Kom op tegen Kanker:
€21.576

Samenvatting

De behandeling van verschillende types kanker berust nog steeds op het agressief bestrijden van het tumorweefsel door middel van chemotherapie, waarbij steeds een balans dient gezocht te worden tussen de efficiëntie van de behandeling en de vele bijwerkingen die optreden. De aflevering van antikanker geneesmiddelen via nanopartikels kan deze balans verschuiven, bijvoorbeeld door het meerselectief afleveren van de geneesmiddelen in het tumorweefsel. Ondanks beloftevolle (pre-)klinische
resultaten, blijft het aanbod aan kanker-bestrijdende nanomedicijnen in de kliniek beperkt, net omdat de vooropgestelde selectieve afgifte van nanomedicijnen in de tumor na intraveneuze toediening tekortschiet. Daarom doelt dit project op het verhogen van de nanomedicijn-afgifte in de tumor door middel van cytotoxische T cellen. Deze cellen werden geselecteerd als transport vehikel omwille van (1) hun spontane migratie naar de tumor en (2) hun potentieel om heel specifiek kankercellen af te doden. Onze hypothese is dat de combinatie van chemotherapie via
nanomedicijnen met T cel immunotherapie een sterk synergistisch anti-kanker effect zou kunnen bewerkstelligen. Ons onderzoek heeft tot nu toe aangetoond dat liposomen, die gebruikt werden als model nanopartikels, met succes op het oppervlak van T cellen kunnen gekoppeld worden zonder dat de T cellen hiervan hinder ondervinden bij celdeling en bij het afdeden van de tumorcellen. In dit project wensen we dit 'proef-of-concept' verder uit te werken in vivo met een daadwerkelijk chemotherapeutisch nanomedicijn om het potentiële therapeutische voordeel van deze combinatiestrategie te bepalen. Tot slot zullen we ook trachten de T cel activiteit verder te verhogen door het ex vivo toepassen van een nieuwe techniek, 'fotoporatie' genaamd, om siRNA moleculen efficiënt en veilig te kunnen afleveren in de T cellen. Indien succesvol, biedt dit de mogelijkheid om via het siRNA de expressie van specifieke genen, die de activiteit van T cellen onderdrukken, stil te leggen.