Klas kleuters

Vastbenoemd onderwijspersoneel weer makkelijker aan de slag

Door Wim Geluykens
Onderzoeker-jurist
Delen

Sinds januari is het makkelijker voor leerkrachten om na een langdurige ziekte terug te keren naar de klas. Iets waar we eind augustus 2022 al voor pleitten. Kom op tegen Kanker juicht dan ook toe dat de eerste stappen werden gezet in een re-integratie op maat, maar benadrukt dat er nog belangrijke belemmeringen blijven bestaan voor een succesvolle werkhervatting. 

Rigide regelgeving

Via onze Kankerlijn horen we regelmatig verhalen van mensen die vastbenoemd zijn in het onderwijs en tijdens of na kanker hun werk willen hervatten. Maar ze botsten hierbij op een regelgeving die te weinig ruimte bood voor een re-integratie op maat. Wanneer zij ziek worden, gaan ze in ziekteverlof. Dat ziekteverlof is beperkt tot het aantal ziektedagen dat ze tot op dat moment in hun carrière hebben opgebouwd (per 12 maanden anciënniteit hebben zij recht op 30 dagen betaald ziekteverlof).

Een gedeeltelijke werkhervatting was mogelijk, maar enkel onder bepaalde voorwaarden. Zo moest er minstens halftijds hervat worden, zowel in het kader van het ‘verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte’ (voor zij die nog ziektedagen hebben) als bij het ‘langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte’ (voor zij die geen ziektedagen meer hebben). Voor wie geen ziektedagen meer had, was er het extra probleem dat zij, als ze deeltijds wilden herstarten, voor de rest van hun carrière nog maar maximum 75 % konden werken omdat zij aangewezen waren op het langdurige verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte en de beperkingen van dat stelsel. Als een werkhervatting onder deze voorwaarden voor deze laatste groep niet direct mogelijk was, riskeerden zij daarenboven om vervroegd op medisch pensioen te worden gestuurd. Zo bereikten ons al verschillende meldingen van dertigers en veertigers die, volgens hun behandelend arts op termijn het werk konden hervatten, en toch op pensioen werden gesteld. 

    Klas middelbaar

    Daarom stelden we voor om in te grijpen in de regelgeving. Concreet ging het om de volgende maatregelen: 

    • Als iemand deeltijds weer wil gaan werken na ziekte, dan moet dat ook minder dan halftijds kunnen. En het moet minder dan halftijds kunnen zowel in het stelsel van ‘verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte’ als in het stelsel ‘langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte’. 
    • Als iemand deeltijds weer wil gaan werken na ziekte, dan moet dat voor vastbenoemd personeel ook voor meer dan 75 % kunnen. Deze bovengrens uit het ‘langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte’ wordt beter afgeschaft. Daarnaast moet het ook mogelijk zijn om het tewerkstellingspercentage opnieuw op te bouwen binnen dat verlofstelsel. Zo kan iemand (waar aangewezen) ook geleidelijk aan toewerken naar een voltijdse hervatting.  

    Een stap vooruit

    We juichen toe dat minister Weyts hiermee aan de slag ging en effectief stappen zet om de werkhervatting voor het vastbenoemde onderwijspersoneel te vergemakkelijken. Zo voorziet hij dat ook onderwijspersoneel dat geen ziektedagen meer heeft op termijn weer naar een voltijdse hervatting kan toewerken en ook deeltijds kan hervatten vanaf 20 %.  

    Maar de nieuwe regeling bevat ook enkele elementen die problematisch kunnen zijn voor mensen getroffen door kanker of een andere chronische ziekte. Zo wordt de periode waarin het werk gedeeltelijk kan worden hervat via het verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte beperkt tot maximaal 24 maanden gedurende de ganse loopbaan. Daarnaast is er nog wel de kans om langere tijd te hervatten via het langdurig verlof voor verminderde prestaties wegens ziekte, maar hier blijft het probleem dat er dan van bij start moet aangegeven worden dat men nooit meer voltijds zal werken en de werkhervatting maximum 75 % zal bedragen. Deze maximumtermijn van 24 maanden valt niet te rijmen met de vaak fluctuerende gezondheidstoestand van mensen die met kanker of een andere chronische ziekte te maken krijgen. Het is voor hen bij aanvang van de hervatting niet steeds te zeggen of en wanneer een voltijdse hervatting weer mogelijk of wenselijk is. Ook voor zij die de pech hebben meer dan eens in hun loopbaan te worden geconfronteerd met gezondheidsproblemen is deze maximumtermijn van 24 maanden te beperkt. 

    Steun bij onderwijs

    Daarnaast voorziet de nieuwe regeling dat van deze 24 maanden maximum 6 maanden minder dan halftijds mag worden hervat. Ook deze bepaling lijkt ons verre van ideaal. Voor vele mensen die bij of na kanker het werk hervatten is het moeilijk om al na 6 maanden minstens halftijds te hervatten. Voor hen is een langere aanloopperiode nodig. Hier op voorhand, los van de concrete persoonlijke situatie, maximumtermijnen opleggen dreigt hun re-integratie onder druk te zetten.

    Als het niet lukt om na die 6 maanden weer minstens halftijds te werken komen zij in de ‘terbeschikkingstelling wegens ziekte’ terecht. Dat betekent dat zij niet meer aan de slag zijn en opnieuw het risico lopen om op medisch pensioen te worden gesteld. 

    Daarom is het van belang dat deze twee termijnen en de effecten ervan goed geëvalueerd worden op basis van concrete cases en dat wordt bijgestuurd waar nodig. Op deze manier krijgt vastbenoemd onderwijspersoneel, dat geconfronteerd wordt met kanker of een andere chronische ziekte, de garantie dat de nieuwe regeling zorgt voor een optimale ondersteuning bij werkhervatting.  

    Thema's: Beleid Werk