Vaccinatie tegen COVID-19 voor kankerpatiënten in behandeling

Biomedisch
Promotors:
Marc Peeters (UZA)
Project Partners:
UZA
Budget uitgereikt door Kom op tegen Kanker:
€465.600

Samenvatting

Belangrijk om te weten is dat kankerpatiënten die therapie kregen actief werden uitgesloten van alle vaccinonderzoeken die de immunogeniteit, werkzaamheid en veiligheid van de nieuwe anti-COVID-19-vaccinkandidaten beoordelen. Dit is de standaardprocedure bij de ontwikkeling van vaccins. De centrale vraag is of kankerpatiënten bij vaccinatie een beschermende immuniteit tegen COVID-19 kunnen ontwikkelen en of er subgroepen zijn waar de kankerbehandeling en/of de ziekte zelf de effectiviteit of bijwerkingen van de vaccinatie verstoort. Deze vraag moet worden beantwoord om ervoor te zorgen dat deze kwetsbare populatie goed wordt beschermd tegen mogelijke SARS-CoV-2-infectie. Dit betekent dat tot nu toe nooit is onderzocht of kankerpatiënten in staat zijn om een immuunrespons op te bouwen na anti-COVID-19-vaccinatie. Toch staat de vaccinatiecampagne voor de kankerpopulatie in Vlaanderen al op het programma. Rekening houdend met het feit dat het immuunsysteem van kankerpatiënten die actief worden behandeld wordt aangetast, is het van het grootste belang om snel te reageren en hun door vaccinatie geïnduceerde immuunrespons en door vaccinatie geïnduceerde bijwerkingen in real-time te volgen. Deze monitoring vereist de nauwgezette verzameling van toxiciteitskenmerken en de uitvoering van immunoassays op serummonsters. Het primaire doel van deze studie is om de immunogeniteit te meten door te kijken naar een belangrijk aspect van de immuunrespons dat de beste correlatie vertoont met in vitro neutralisatie, namelijk het niveau van antilichamen tegen het receptorbindende domein van de SARS-CoV-2. virus. Titers van deze antilichamen zullen worden gekwantificeerd op een tijdstip waarop de antilichaamproductie van de patiënt een plateauwaarde bereikte (d.w.z. in een periode tussen 6 weken en 12 weken na boostervaccinatie).