DNA-gebaseerde administratie van bispecifieke antilichamen: een preklinische proof-of-concept studie

Doelgerichte antilichaamtherapie speelt een belangrijke rol bij de behandeling van kanker. Zowel de toegankelijkheid als het therapeutisch effect van deze dure geneesmiddelen kan echter verbeterd worden. DNA-gebaseerde antilichaamtherapie beoogt de toediening van de coderende nucleotidesequentie, in plaats van het geproduceerde antilichaameiwit. Die antilichaamgentransfer zorgt er voor dat het lichaam zelf in vivo voor lange tijd het geneesmiddel op een kostenefficiënte manier kan produceren. Onze onderzoeksgroep heeft in proefdieren voor meerdere DNA-gebaseerde anti-kanker antilichamen aangetoond dat deze innovatieve aanpak werkt, en klinische studies zijn reeds opgestart voor verschillende ziektes, inclusief kanker. Naast het aanbieden van een alternatief voor de huidige complexe productie en frequente toediening van antilichamen, faciliteert deze methode ook combinatietherapieën. Onderzoekers zoeken continu naar nieuwe manieren om meerdere kankerdoelwitten tegelijk te treffen, en zo de therapie voor kankerpatiënten te verbeteren. Net zoals antilichaamcombinaties, dienen bispecifieke antilichamen dat doel. Deze meer complexe geneesmiddelen hebben echter verschillende uitdagingen op vlak van productie, wat gevolgen heeft voor de toepassing ervan. In vivo productie kan deze knelpunten mogelijks aanpakken. Dit project beoogt daarom een panel van DNA-gebaseerde bispecifieke antilichamen, gericht tegen twee gevalideerde immuun-oncologische doelwitten, tot expressie te brengen en te evalueren in een muiskankermodel. Dergelijke complexe antilichaamformaten zijn nog niet geëvalueerd via in vivo gentransfer, wat het innovatief karakter van dit project benadrukt. De uitkomst van dit project kan de toepassing van antilichaamgentherapie voor kankerbehandeling verder valideren en verbreden, en is een belangrijke eerste stap voor de verdere succesvolle uitvoering van het volledige doctoraatsproject.